Net binnen de blauwe zone ligt een mogelijke palisade terwijl aan de randen van het rode vlak vermoedelijk een gebouw herkenbaar is.
Zaterdag 12 september (Open Monumentendag) wordt een open dag georganiseerd van 11.00 tot 15.00 uur. Een bijzondere mogelijkheid om kennis te maken met de opgraving en zeldzame resten Locatie aan de Wencopperweg 52 achter ‘t Hoefslag in Barneveld.
In 1326 stelde de graaf van Gelre Evert en Brant van Wedichem aan als (wild)vorsters op Groot en Klein Wedichem. Zij waren verantwoordelijk voor het innen van vergoedingen voor het gebruik van het bezit van de graaf en werkten als een soort wildbeheerder. In Gelderland waren een twaalftal van deze vorsters aangesteld, maar we weten er weinig van. In Barneveld worden voor het eerst in ons land de archeologische resten van een dergelijk wildvorstersgoed in opdracht van de gemeente Barneveld door Archol onderzocht.
We hadden al resten van boerderijen gevonden uit de elfde tot dertiende eeuw die bewijzen dat hier voor het eerst sinds de ijzertijd weer mensen woonden. De vraag is of een van hen de eerste grafelijk ambtenaar werd of dat iemand van buiten dit ambt ging bekleden en hier als eerste een onderkomen bouwde. Dit laatste lijkt niet het geval te zijn.
We wisten ook niet of hij in een eenvoudige boerderij woonde of dat misschien sprake was van een versterkt gebouw. Dit laatste lijkt inderdaad het geval te zijn. Er is mogelijk een zware cirkelvormige palissade (binnen het blauwe raster zijn de zware paalkuilen van de palissade te zien) en greppel gevonden met aan de rand een houten gebouw (net buiten het rode vlak zijn de bijbehorende paalkuilen zichtbaar). De komende weken moet blijken of het inderdaad een palissade is of misschien een aantal overlappende gebouwen. We weten nog niet hoe oud deze precies is, maar waarschijnlijk uit de veertiende eeuw. Woonde hier de wildvorster die zich enigszins moest kunnen beschermen tegen diegene bij wie hij geld moest innen of tegen stropers? De opgraving biedt een unieke kans om meer over deze grafelijke beambten, hun achtergronden en hun woonstede te weten te komen.
Een schedel met de ruggenwervels is duidelijk herkenbaar.
Op de zandgronden worden meestal geen botresten gevonden. Deze zijn veelal volledig vergaan. Dit geldt ook voor de dierengraven die eerder genoemd zijn. Hier werden alleen nog de tandkapsels aangetroffen. Nader onderzoek moet uitwijzen of het paarden of koeien waren die hier werden begraven. Afgelopen week werden opnieuw enkele kuilen gevonden met daarin het skelet van een varken en enkele runderen. De bijna vergane botten waren nog goed herkenbaar en zijn door een archeozöoloog (iemand gespecialiseerd in dierenbotten) in het veld onderzocht. Van een van de volwassen runderen kon worden vastgesteld dat deze een schofthoogte had van 100 – 110 cm. Een duidelijk ander formaat dan de hedendaagse koeien.
Half augustus 2015 zijn weer bijzondere vondsten gedaan. Voor veel mensen zijn de donkere vlekjes in het gele zand niet echt spannend. Wanneer deze echter precies worden ingetekend, tekent zich hier de plattegrond van een meer dan 2000 jaar oude boerderij af! Ieder donker vlekje is ontstaan door het verrotten van een paal die hier heeft gestaan. Op de foto is bij elk wit kaartje een paalspoor gevonden. Vooraan zie je binnen het kader waar de boerderij stond van links naar rechts aan weerszijden 3 of 4 palen. Misschien stonden hier de runderen in stalboxen. Bijzonder is dat hier ook een waterput is gevonden. Deze bevatten vaak verkoolde zaden en stuifmeel dat ons veel kan vertellen over het landschap en de gewassen die men verbouwde. Een enkele keer wordt er ook nog een voorwerp van hout in aangetroffen. Deze kunnen met speciale technieken nauwkeurig worden gedateerd. Tijdens de opgraving worden zoveel mogelijk gegevens verzameld die later worden uitgewerkt waardoor een zo compleet mogelijk verhaal kan worden verteld. Waarschijnlijk was deze boerderij ongeveer honderd jaar voordat Julius Caesar Nederland binnen trok bewoond. Er is tenminste nog een boerderij uit deze periode gevonden of beide gelijktijdig bewoond waren of na elkaar weten we nog niet. Daarvoor moet nog veel analysewerk worden gedaan.
Het volgende nieuwsbericht gaat over een heel bijzondere boerderij uit de tiende tot dertiende eeuw die ook gevonden is.
Op de foto is de grote bootvormige boerderij te zien.
Rondleidingen: Voor iedereen die de eerste resultaten van de opgravingen wil bekijken is er vrijdag 21 augustus de mogelijkheid. Om 13.00 en 14.30 worden er rondleidingen gegeven. Parkeren kan op de parkeerplaats van het zalencentrum Hoefslag aan de Wencopperweg. Verzamelen aan de achterzijde van de parkeerplaats. Bezoekers krijgen deskundige uitleg.
Inmiddels zijn ook twee boerderijen gevonden uit ongeveer de elfde of twaalfde eeuw. Zij stonden op korte afstand van elkaar en wij vermoeden dan ook dat men eerst in de ene boerderij heeft gewoond en na verloop van tijd deze heeft moeten verlaten en een nieuwe heeft gebouwd. Bijzonder is dat er precies tussen de beide boerderijen twee dierengraven zijn gevonden. Op de foto zien we de grootste boerderij met licht gebogen lange zijden. Deze is ongeveer 27 meter lang! Deze boerderijen zijn ouder dan de eerste vermelding van het wildvorstersgoed Wedichem uit 1326. Er was dus al bewoning voordat de graaf van Gelre hier een vorster aanstelde.
140 mensen bezochten de open dag op de opgraving Harselaar in Barneveld. De bezoekers werden door deskundigen rondgeleid en waren erg enthousiast dat de deels 2000 jaar oude boerderijen zo goed herkenbaar waren. Voor diegenen die verhinderd waren komt er op een later moment nog een herkansing.
Op de opgraving in Harselaar zijn stuifmeelkorrels en zaadjes belangrijk voor de reconstructie van een fascinerend verleden. Op de eerste foto is in het profiel, een verticale doorsnede van de bodem, vlak boven het gele zand een zwart veenlaagje te zien. Deze is niet door mensen gemaakt, maar het veen bepaalde wel wanneer men hier wel of niet kon wonen. Door het veen te onderzoeken op stuifmeel en te dateren met behulp van de C14 methode kunnen we achterhalen in welke perioden het niet mogelijk was om hier te wonen. Waarschijnlijk brak pas in de ijzertijd (800 v. Chr. tot het begin van de jaartelling) een droge periode aan. IJzertijd boeren vestigden zich toen gedurende enkele honderden jaren in dit gebied. Om dit drassige gebied te ontginnen was het noodzakelijk om het te ontwateren. Daarvoor werd onder ander de greppel gegraven die op de derde foto te zien is. Op dit moment weten we nog niet wanneer dit precies is gebeurt maar deze vraag zal na de opgraving worden beantwoord.
De eerste boeren hebben wel hun spitsporen achtergelaten. Dit is op de tweede foto te zien is. Onder in de zwarte grond en deels net in het gele zand zijn driehoekige verkleuringen te zien. Het zijn de schepafdrukken uit mogelijk de ijzertijd. Hoeveel werk moet het zijn geweest om de grond geschikt te maken voor de akkers?
Al deze gegevens leveren een beeld op van de bewoning en zijn net zo belangrijk als de scherven of boerderijplattegronden.
Afgelopen week is een bijzondere ontdekking gedaan, maar je moet de spanning erin laten.
Op de opgraving in Harselaar zijn stuifmeelkorrels en zaadjes belangrijk voor de reconstructie van een fascinerend verleden. Op de eerste foto is in het profiel, een verticale doorsnede van de bodem, vlak boven het gele zand een zwart veenlaagje te zien. Deze is niet door mensen gemaakt, maar het veen bepaalde wel wanneer men hier wel of niet kon wonen. Door het veen te onderzoeken op stuifmeel en te dateren met behulp van de C14 methode kunnen we achterhalen in welke perioden het niet mogelijk was om hier te wonen. Waarschijnlijk brak pas in de ijzertijd (800 v. Chr. tot het begin van de jaartelling) een droge periode aan. IJzertijd boeren vestigden zich gedurende enkele honderden jaren in dit gebied. Om dit drassige gebied te ontginnen was het noodzakelijk om het te ontwateren. Daarvoor werd onder ander de greppel gegraven die op de tweede foto te zien is. Op dit moment weten we nog niet wanneer dit precies is gebeurt maar deze vraag zal na de opgraving worden beantwoord.
De eerste boeren hebben wel hun spitsporen achtergelaten. Dit is op de derde foto te zien is. Onder in de zwarte grond en deels net in het gele zand zijn driehoekige verkleuringen te zien. Het zijn de schepafdrukken uit de ijzertijd of de middeleeuwen. Hoeveel werk moet het zijn geweest om de grond geschikt te maken om akkers aan te leggen?
Al deze gegevens leveren een beeld op van de bewoning en zijn net zo belangrijk als de scherven of boerderijplattegronden.
Afgelopen week is een bijzondere ontdekking gedaan.
Vier weken geleden is in opdracht van de gemeente Barneveld een groot archeologisch onderzoek van start gegaan als voorbereiding voor de aanleg van een nieuw bedrijventerrein in Harselaar. In totaal worden door Archol meer dan 4 hectare onderzocht. In eerste instantie is een uitgebreid proefsleuvenonderzoek uitgevoerd. Daarbij zijn zeven kernen onderscheiden waar resten van boerderijen zijn aangetroffen. Verder onderzoek moet aantonen uit welke periode deze dateren maar naar verwachting gaat het voornamelijk om ijzertijd boerderijen. Op twee plaatsen zijn sporen gevonden van erven uit de volle en/of late middeleeuwen. Vermoedelijk gaat het daarbij om het wildvorstersgoed Wedinchem dat dateert uit de twaalfde of dertiende eeuw. Het is de eerste keer dat een dergelijk erf van een ambtenaar van de graaf van Gelre wordt onderzocht. Bijzonder is ook dat er veenlaagjes zijn aangetroffen die het mogelijk maken meer kennis te verzamelen over de vernatting van de Gelderse Vallei.