‘Vlucht, verberg uw kostbaarheden! De vijand komt.’ Muntvondsten uit Barneveld (2)

Voorzijde Clemmer gulden uit muntschat Trossenhuis L 2101-2102 (1)In een eerdere bijdrage beschreef ik een viertal muntvondsten uit Barneveld. Deze waren in de vijftiende en zestiende eeuw in roerige tijden verborgen en niet meer opgehaald. De grootste bestond uit meer dan 2000 gouden munten.  Er zijn echter nog drie vondsten bekend die laten zien dat Barneveld eeuwen lang in een onrustig gebied heeft gelegen.

Muntvondsten : een naald in een hooiberg

De in een eerdere bijdrage genoemde muntvondsten dateren uit de vijftiende en zestiende eeuw, maar er blijken nu ook drie muntvondsten uit de zeventiende eeuw bekend te zijn. Onlangs stelde iemand de vraag waarom er al 70 jaar geen nieuwe muntvondsten zijn gevonden. Hoe vaak spaargeld verborgen werd, weten we niet maar de aantallen zullen niet groot zijn geweest. Lang niet iedereen had immers een kapitaal om te verbergen. Bovendien is de kans natuurlijk erg klein dat een dergelijke vondst wordt aangetroffen. Vanaf 1960 is er ook nog een belangrijk keerpunt geweest door de introductie van de graafmachine die het handwerk verving. De kans dat grondwerkers een dergelijke vondst doen is immers vele malen groter dan dat een kraanmachinist ziet dat er iets anders dan zand in zijn bak zit.

Drie nieuwe muntvondsten

Terug naar de vondsten. De Kroniek van Barneveld is daarbij wederom een waardevolle informatiebron. In de Barneveldsche Courant van 2 september 1880 wordt een vondst van 14 munten vermeld die gevonden is bij boerderij Malkenhorst. Deze dateren uit de periode 1614 – 1666. In Barneveld werd in 1899 nog een muntschat gevonden met munten uit de periode 1601-1670. Het laatste jaartal suggereert dat deze munten in of kort na 1670 in de grond zijn verborgen. Beide muntvondsten zijn in ieder geval kort na 1666 verborgen, misschien wel gelijktijdig. De vraag is of we hier zelfs het rampjaar 1672 in kunnen herkennen toen de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden werd aangevallen door onder andere Frankrijk en Engeland. Het volk is redeloos, de regering radeloos en het land reddeloos. We mogen aannemen dat de eigenaren van deze muntvondsten óf de bergplaats niet konden terugvinden óf de oorlog niet hebben overleefd.  

Een andere vondst is alleen bekend uit een krantenbericht. In de Barnevelder van 8-6-1921 staat het volgende berichtje “Een arm vrouwtje dat op de hofstede “Het Sol” nabij Garderen, bezig was hout te sprokkelen had bij het afbreken van een dode stomp het geluk ongeveer 800 zilveren munten te vinden, alle daterende uit de 17e eeuw” (Darpsproat september 2014).

Jammer genoeg is verder niets bekend over deze vondst. We weten daardoor niet wat de sluitdatum is. Om te begrijpen hoe deze vondst historisch moet worden geduid, is dit van belang. De jongste munt geeft immers aan in of na welk jaar de munten zijn verborgen. Waar zijn de munten geslagen? Waren het niet gebruikte munten of waren ze al versleten? Was het een bewoner van ‘t Sol, een vluchteling of een reiziger die deze muntvondst verborg? Trokken de Franse troepen misschien via de hessenweg Deventer – Apeldoorn- Amersfoort en werd de omgeving gebrandschat?

Misschien zijn er nog munten bewaard gebleven of weten mensen meer over deze vondsten. Alle informatie is welkom.