Tijdens rioolwerkzaamheden werden resten van het kasteel van Wageningen blootgelegd. Zij bleken onverwacht goed te zijn bewaard.
De geschiedenis van het riool
Begin dit jaar werd het riool in het Bowlespark in Wageningen vervangen. Het riool was bijna 100 jaar oud zoals wordt geïllustreerd door de foto van bijgaand putdeksel. Dankzij de oplettendheid van de wethouder Michiel Uitdehaag is deze in het trottoir teruggeplaatst. Het was niet het eerste riool in Wageningen. Langs het trottoir van het Bowlespark werd nog een voorganger gevonden. Deze dateert waarschijnlijk uit de jaren tachtig van de negentiende eeuw, toen de huidige villawijk werd gebouwd door J.S. Bowles. Overigens is de ‘onderaardse’ gang die jaren geleden onder Bassecour werd gevonden in werkelijkheid een riool uit de negentiende eeuw. Excuses dat ik met deze ‘onthulling’ het spannende verhaal van een onderaardse gang geweld aan doe. Een interessante vraag is of Wageningen in die periode al geheel voorzien was van een riool of alleen de rijkere wijken. In ieder geval was Bowles vooruitstrevend met het vervangen van de poeptonnen door een in deze tijd niet meer weg te denken voorziening.
Imposante muurresten
Dat in het Bowlespark resten van het zestiende eeuwse kasteel verwacht konden worden, was bekend. In de tachtiger jaren van de twintigste eeuw hadden amateur archeologen in het Torckpark immers resten van de noordelijke muur en de torens vrij gelegd. De resten hiervan zijn gerestaureerd en zichtbaar gemaakt voor de bezoekers van dit mooie historische park. Het was echter niet bekend hoe de toestand van de overige ondergrondse resten was en of deze nieuwe informatie kon opleveren.
Vanwege de archeologische verwachting heeft het archeologische bedrijf Synthegra in opdracht van de gemeente Wageningen de rioolwerkzaamheden begeleid. Weliswaar verwachtten we muurresten, maar we waren toch verrast dat de imposante muren (tot 2,5 meter dik) tot vlak onder de straatstenen bewaard waren gebleven. De klinkers van de parkeerplaats boven de toren bleken zelfs direct op de bakstenen van de toren te liggen. Alleen door de aanleg van het riool waren sommige delen weggebroken.
De oorsprong van het kasteel
Het kasteel werd door de hertog van Gelre in het begin van de zestiende eeuw gebouwd. Daarbij werd gebruik gemaakt van de stenen van kasteel Nijburg aan de oostzijde van Randwijk. Het moet een ingrijpende onderneming zijn geweest om het oude kasteel af te breken, de stenen af te bikken en vervolgens te vervoeren naar Wageningen. In ieder geval zijn alle muurresten gemaakt van deze grote 28 cm lange bakstenen. Overigens zouden in het midden van de zestiende eeuw nog eens 500.000 stenen zijn gebakken voor verbeteringen aan het kasteel.
De muurresten
Van het kasteel werden resten aangetroffen van de west- en oostmuur en van de twee gebouwen die hierboven te zien zijn: het brouwers- en het bussenhuis.
De beide 2,5 meter diep gefundeerde kasteelmuren werden kort na 1526 gebouwd waarbij de oostelijke muur de oudere stadsmuur verving. Overigens was de fundering ook ca. 2,5 meter dik! Opmerkelijk is dat de zuidelijke muur niet werd teruggevonden. De reden hiervan kan zijn dat hier de stadsmuur, die mogelijk minder diep was gefundeerd, niet werd vervangen.
Op de zuidoosthoek van het kasteel werden de resten van de zuidoostelijke toren gevonden die twee fasen kende. De oudste toren was voor 1526 kapot geschoten. Enkele grote stukken van stenen kanonskogels met een diameter van ca 40 cm getuigen hiervan. Het betreft een van de muurtorens die op regelmatige afstanden aan de stadsmuur waren toegevoegd. Verder naar het noorden werden mogelijk de resten gevonden van een tweede muurtoren. Na de verwoesting van de oudste toren werd, om de resten van de oude toren, een grotere toren gebouwd. Bij deze gelegenheid werd ook de oostelijke stadsmuur vervangen door de teruggevonden kasteelmuur.
Het kasteel werd uiteindelijk 1672 door de Franse troepen opgeblazen, getuige een groot deel van de bovenverdieping met gewelfaanzet die in de toren werd teruggevonden.
Ook van de gebouwen binnen de kasteelmuren – het brouwershuis en het bussenhuis – werden de muren teruggevonden. Van het brouwershuis werden verschillende muren teruggevonden waaronder de aanzet van een gewelf. Deze sloot vermoedelijk aan op de gewelfkelder naast het museum. Op de foto is te zien dat de muur in verschillende fasen is opgetrokken. Op de linker foto is een schuin weglopende muur te zien; het einde van een bouwfase waar men later mee verder is gegaan bijvoorbeeld na een winterstop.
Bij de bouw van het bussenhuis werd zuinig omgegaan met de stenen. Er werden rechthoekige spaarbogen in de fundering gemaakt waardoor men minder stenen nodig had. Opmerkelijk is dat deze gebouwen met 1 meter dikke muren in het midden van de zestiende eeuw nog van een rieten dak waren voorzien zoals uit de historische bronnen blijkt.
Afgedekt maar niet onzichtbaar
Inmiddels is de bestrating weer aangebracht. Daar waar de muurresten zijn gevonden is een afwijkende steensoort gebruikt waardoor de contouren van het kasteel herkenbaar blijven. Een fragment van de toren is teruggeplaatst in het park als herinnering van het oorspronkelijke gebouw. Binnenkort wordt ook een informatiepaneel geplaatst met beknopte informatie voor voorbijgangers.
Waarom een informatiepaneel over dit fragment. Het spreekt meer aan als een informatiepaneel van het gehele kasteel wordt geplaatst, met plattegrond (evt. met in grijstinten uitgevoerde huidige plattegrond zodat locatie kan worden ingeschat). De tekening van het voormalige kasteel. Foto’s van de huidige nog bestaande elementen en locatieverwijzing naar de plattegrond, inclusief ijskelder.